The Netherlands East Indies at the Tropenmuseum
Janneke van Dijk & Susan Legêne (red.), The Netherlands East Indies at the Tropenmuseum; A colonial history
Hardcover, 200 pp, kleuren- en z/w foto’s, index; KIT Publishers, Amsterdam 2011
ISBN: 978 906832 7519 € 35,-
Recentelijk kwamen de eerste twee delen van een aantrekkelijk uitgegeven serie uit die tien boeken gaat beslaan en waarin de ontstaansgeschiedenis van de collecties in het Tropenmuseum uit de doeken wordt gedaan. Ieder deel gaat ca. 200 pagina’s tellen.
Het eerste deel vormt de opmaat tot de serie en heeft voormalig Nederlands-Indië tot onderwerp. Dit is geen deel waarin het materiële erfgoed van Indonesië als zodanig aan bod komt, want die zullen in twee aparte delen worden behandeld. In dit eerste deel is de kolonie zelf het onderwerp.
Een bewogen, rijk geschakeerde geschiedenis ligt ten grondslag aan zes essays die de koloniale wereld vanuit verschillende invalshoeken bekijken. Zo worden de onderwerping van de gebiedsdelen buiten Java en Sumatra (met uitzondering van Aceh), het onderwijs, de handel, huispersoneel, het Javaanse en Balinese theater en als laatste de expedities behandeld in het kader van de in 2002 geopende semipermanente tentoonstelling ‘Oostwaarts!’. Deze tentoonstelling vormde een markant hoogtepunt van een eind jaren tachtig van de vorige eeuw voorzichtig ingeslagen weg. Het object kwam na jaren in depot te hebben gelegen weer in de vitrine te liggen. Oostwaarts! Is de culminatie van een visie die aan de hand van een verscheidenheid aan objecten de gelaagdheid van de Nederlands-Indische koloniale verzamelcultuur probeert te visualiseren. Om die cultuur zo breed mogelijk te kunnen uitbeelden is gekozen voor drie thema’s, de koloniale cultuur overzee, de koloniale relaties thuis en het beeld van de kolonie. Etnografische objecten, koloniale schilderingen, alledaagse objecten met een koloniale herkomst, wapens en modellen van historische en fictieve figuren dragen alle bij aan dit koloniale theater, compleet met geluiden en geuren.
Een catalogus zou geen catalogus zijn als er niet stil wordt gestaan bij de voorwerpen. Dit beslaat het tweede deel van dit boek. Tien verzamelaars en tien verzamelingen worden hier naar voren gehaald. Korte biografietjes van belangrijke verzamelaars die wezenlijk bijgedragen hebben aan de collectie van het Tropenmuseum gaan vooraf aan de tien uitgelichte collecties, die naar soort (bv films, kleren, bibliotheek) zijn gerangschikt. Een wel zeer bijzonder object is het op linnen geschilderde verhaal van een ‘perkara’ ofwel een proces. Het is omstreeks 1920 gemaakt en meet ruim zeven meter met twee boven elkaar geschilderde banen. Deze ‘strip’ in wajang stijl verwijst in uitvoering naar de wayang bebèr, een sinds het begin van de 20ste eeuw in onbruik geraakte wajangvoorstelling, waarbij de verteller het doek, op twee klossen bevestigd, uitrolde als een film. Hoewel de maker bekend is, moet het onderwerp nog nader uitgezocht worden. Dit is een van die zeldzame objecten waar een verhaal in de koloniale geschiedenis door ‘andere’ ogen bekeken is uitgebeeld.
Het laatste deel vormt met twee essays een reflectie op de tentoonstelling. Beide schrijvers komen uit de Indische gemeenschap en reageren elk op eigen wijze en vanuit hun specifieke achtergrond op de thema’s en uitwerking van deze tentoonstelling. Het is uiteraard de bedoeling van de samenstellers geweest om de waaier van het koloniale spectrum zo objectief mogelijk te benaderen; een benadering die we tegenwoordig wel vaker tegenkomen in musea waarin de cultuur van de ‘ander’ in de schijnwerpers wordt gezet. Als zodanig is dit boek een update van de geschiedschrijving in museale zin tot nu toe. ‘Een kolonie is ook maar een mens’ om met de schrijver A. Alberts te spreken, dus het beeld zal in de loop van de tijd vanuit diverse invalshoeken nog wel eens bijgesteld worden. De cirkel is pas rond wanneer in Indonesië zelf de koloniale geschiedenis onderwerp van studie wordt.
AW