Zemanekveiling 2 juni 2012.
476 kavels werden aangeboden in Münster. Hierbij waren er ongeveer 180 afkomstig uit de collecties van Paul Miszner, Sepp Arneman, Richard Rüegg, en een ‘Europese privécollectie’. De rest was losse inbreng. Bij Zemanek werd de jongste veilingen resoluut gekozen voor het aanbieden van collecties. Het grote voordeel hiervan is dat er stukken op de markt komen die soms al tientallen jaren niet meer zijn te zien geweest. Nieuwe aanvoer dus, wat zeer zeker aantrekkelijk is in een marktsegment waar, door de aard van de koopwaar, geen nieuwe stukken meer gecreëerd worden. Nieuwe antiek bestaat immers niet, is per definitie vals. Hierdoor zien we dezelfde stukken alsmaar opnieuw op andere plaatsen opduiken, in galeries of in veilingen. Zo ontstaat er een circuit van als maar weer dezelfde kunstwerken aan meestal steeds hoger prijzen. Vandaar de interesse voor werk dat al langere tijd niet meer in circulatie is geweest. We zien dan ook dat dit soort aanbod in de regel beter verkoopt dan de losse inbreng. Bij Zemanek lag de verkoop vroegere jaren rond de 25%. Bij de vorige veiling was dat bijna de helft. En ook nu zien we dat de collecties goed, en de losse stukken eerder zwak verkopen. Het totale plaatje is hierdoor minder dan de vorige veiling, maar wel nog zeer behoorlijk. 159 van de 476 stukken werden verkocht, d.i.31%, voor een totaal bedrag van 353.280 euro voor kosten. 7 loten haalden 10.000 euro of meer: lot 23, een haak uit Papoea met 20.000, lot 30, een spleettrom uit Papoea voor 10.000, lot 199, een Luba karyatidestoel voor 10.000, lot 304, een weefspoeltje van de Senoufo voor 10.000, en lot 376, een maker van de Vuvi uit Gabon, voor 13.000. De 2 toppers waren lot 157, een Malangan masker (foto 1), dat 36.000 euro opbracht, en lot 198, een Kota reliekfiguur (foto 2) die op 32.000 werd afgehamerd. De naverkoop is intussen gestart, en loopt nog tot eind juni.
Martin Lagrain